We reizen wat af met z’n allen, want reizen is natuurlijk fantastisch! Het liefst bezoeken we allemaal elke maand een nieuwe bestemming. Maar hoe doen we dit op een zo verantwoord-mogelijke manier? In dit artikel geef ik je zeven praktische tips die je elke vakantie kan toepassen.
1. Compenseer je vlucht
Dat vliegen slecht is voor het milieu is inmiddels wel bekend. Maar wat doet dit dan precies? Een vliegtuig verbrand kerosine wat zorgt voor de uitstoot van CO2. Dit draagt bij aan het broeikaseffect. Samen met andere giftige stoffen zorgt dit hoog in de lucht voor een extra opwarmings-effect. Vooral korte vluchten zijn relatief gezien erg belastend voor het milieu. Toch vliegen? Compenseer dan je reis. Bij GreenSeat en Trees for All reken je de C02-uitstoot van je vlucht uit en middels een passende donatie compenseren zij je C02-uitstoot. GreenSeat vermindert elders ter wereld de C02-uitstoot door bijvoorbeeld te investeren in een windmolenproject in India, terwijl Trees for All namens jou bomen plant die de C02 omzetten in zuurstof. Tijdens mijn retourvlucht naar Ecuador vanaf Amsterdam stootte ik bijvoorbeeld 2,80 ton C02 uit. Bij Trees for All compenseer ik dit met slechts 28 euro. Op een ticket van +700 euro is dit geen geld.
Bron: GreenSeat
2. Bescherm de natuur
We kennen allemaal het zweverige gezegde “Take only memories, leave nothing but footprints.” Of je nou op de Veluwe staat in Nederland of in het Andesgebergte in Zuid-Amerika, dit geldt overal ter wereld. Toch vind je vaak afval van voorgangers. Zo zonde! Samen moeten we de natuur zo ongeschonden mogelijk houden. Neem dus al je afval mee, ook je snoeppapiertje of wc-papier van een bezoek aan de bosjes. Reis je met een organisatie? Zorg dat dit óók bij hen op de agenda staat. Jij kan alles goed opruimen, maar als je met een organisatie reist die er niks om geeft ben je ver van huis. Zo liepen wij in National Park Los Nevados in Colombia met een gids die zo graag zijn ‘achtertuin’ schoon wilde houden, dat hij al het plastic opraapte dat we tegenkwamen tijdens onze driedaagse tocht.
3. Boek tours bij lokale organisaties
Soms is het fijn om met een organisatie op reis te gaan of een tour te boeken. Ga in dat geval opzoek naar een lokale organisatie zodat je de lokale bevolking en economie direct steunt. Bij grote tussenpartijen blijft er vaak onnodig geld hangen, of krijgen de gidsen niet naar behoren betaald. Zorg mede daarom dat je niet afdingt tot het oneindige, vaak gaat dit namelijk hand in hand met de kwaliteit en/of kwantiteit van je eten tijdens de tour.
4. Dieren knuffelen is niet natuurlijk
Soms zie je foto’s voorbij komen van mensen die knuffelen met tijgers, of op de rug zitten van een olifant. Hoewel het in zuidoost-Azië haast normaal lijkt – knuffelen met deze van oorsprong wilde dieren is onnatuurlijk. Ga dus altijd bij jezelf na: hoe kan het dat het hier wel mogelijk is en bijvoorbeeld niet in Nederland? Kijk daarnaast verder dan je neus in eerste instantie lang is. Worden de dieren met respect behandelt, ook als jij er niet bent? Onder andere in Thailand zijn er veel tours die langsgaan bij een olifanten-“opvang”. Hier kunnen toeristen de prachtige dieren wassen en vaak ook ritjes maken op hun rug. Vanwege bewustwording in dierenwelzijn worden nu veel van deze tours eco-vriendelijk genoemd, terwijl er vaak nog stappen zijn te maken. Olifanten worden namelijk vanaf jongs af aan weggehaald bij de moeder en op een zeer pijnlijke manier getraind zodat ze leren luisteren. Als je toch graag een tour wilt doen, zoek dan naar een werkelijk diervriendelijke organisatie. Vaak houdt dit in dat je de beesten enkel vanaf een afstand kan bekijken, en aanraken zelden tot nooit is toegestaan. Boek alleen een tour als je 100% zeker weet dat er geen dieronvriendelijke activiteiten aan te pas komen.
5. Shop souvenirs bewust
Dode baby-alpaca’s, schelpen en koraal, beeldjes van ivoor… Je ziet soms de gekste dingen voorbij komen op lokale markten. Vaak is wel duidelijk wanneer iets echt niet door de beugel kan. Maar soms worden ingrediënten ook onopvallender verwerkt in souvenirs. Denk bijvoorbeeld aan een ketting gemaakt van koraal, of een hoed versierd met tropische vogelveren. Kijk altijd twee keer naar je souvenir en vraag je af wat er nodig is geweest om deze te maken.
6. Plastic is a bitch
Het recyclen van plastic, in Nederland zijn we er iets actiever mee bezig in vergelijking met derde wereldlanden. Aangezien het haast onmogelijk is de plastic-consumptie op de politieke agenda te krijgen van het land dat je bezoekt, kan je helpen door je eigen plastic consumptie zo veel mogelijk te beperken. Hervul bijvoorbeeld je fles water wanneer mogelijk, gooi niks op straat (ook je kauwgum niet), en neem een linnen tas mee op vakantie voor boodschappen.
7. Slaap lekker
Je slaapt éxtra lekker als je weet dat je onderkomen haar steentje bijdraagt aan de lokale economie en het milieu. Boek daarom een onderkomen waarbij bijvoorbeeld lokaal personeel werkt en een deel van de winst in het dorp of stad worden geïnvesteerd. Slaap je in de natuur? Steeds vaker tref je bij eco-lodges speciale wc’s waarbij zaagsel wordt gebruikt om door te “trekken” in plaats van water. Wees daarnaast ook zuinig op het (warme) water. In Ecuador sliepen wij bijvoorbeeld bij Llullu Llama, waar zowel natuurvriendelijkheid en de lokale bevolking hoog op de agenda stonden. Zo was het merendeel van personeel afkomstig uit het dorpje én werd een deel van de winst in het dorp geïnvesteerd. Slaap(t) lekker!